Historische Vereniging Arnemuiden

De ridders van Arnemuiden en de markiezen van Trazegnies - 4.8 out of 5 based on 5 reviews

Gebruikerswaardering: 5 / 5

Ster actiefSter actiefSter actiefSter actiefSter actief
 

Het kasteel Te Mortiere

Het kasteel Te Mortiere nabij het eerste Arnemuiden lag aan de mond van de Arne. De ligging van het slot blijkt uit het door F.P. Polderdijk gemaakte kaartje op de volgende bladzijde. Het is vrijwel zeker dat het slot aan de overzijde van het veertje lag. Op dit kasteel zetelden de Heren van Arnemuiden. De ridders van het geslacht van Arnemuiden behoorden tot de hoogste Zeeuwse adel, vergelijkbaar met de Heren van Borselen. In 1273 laat Floris van Henegouwen het kasteel te Arnemuiden bouwen. Hij had daarvoor grond gekocht van de ambachtsheer Antheunis Pieterszoon. Na een ruzie tussen deze Floris van Henegouwen en zijn neef, graaf Floris de Vijfde van Holland, deed een scheidsgerecht in 1281 een uitspraak in dit geschil. Het bepaalde dat het kasteel Te Mortiere zou toevallen aan graaf Floris de Vijfde.

Door deze uitspraak werd het grondgebied van Floris de Vijfde vrij omvangrijk. Wellicht was dit voor hem de aanleiding om de bloei van Arnemuiden zoveel mogelijk te stimuleren en hier een stad te stichten. Voor de bescherming van zijn belangen beschikte hij er immers over het kasteel Te Mortiere. De kroniekschrijver Melis Stoke rijmde over het slot in 1289: ‘De Mortiere was tien stonden. Ghespiset ende gemannet wel’.

Mortiere en omgevingArnemuiden groeide in later tijden uit tot een niet onbetekenende stad, in de Middeleeuwen zelfs lid van een soort ‘Zeeuwse Hanze’, waarvan ook Zierikzee en Middelburg leden waren. Men deed handel met Noorwegen en Denemarken en zal zeker toen al wel aan zeevisserij hebben gedaan en er werd zout gewonnen. Ook de machtige Heren van Veere uit het geslacht van Borselen hadden belangen in Arnemuiden.

Toen Middelburg in 1290 door de Vlamingen werd belegerd wist Te Mortiere een aanval van de Vlamingen te weerstaan. Het is mogelijk dat het kasteel een rol van betekenis speelde in de oorlog tussen graaf Willem VI (van Oostervant) van Holland en Zeeland en de Vlamingen.

In 1323 verkocht graaf Willem III van Holland, een van de opvolgers van Floris de Vijfde, al zijn grafelijk bezit te Arnemuiden aan de ridder, heer Gillis van Arnemuiden. Bij deze verkoop was het kasteel Te Mortiere inbegrepen.

Vermoedelijk hebben de ridders van Arnemuiden op het kasteel Te Mortiere gewoond tot 1438. Sommige geschiedschrijvers vermelden dat in dat jaar de toenmalige ridder Gillis van Arnemuiden het slot ter beschikking stelde als klooster aan de reguliere kanunniken (dit zijn monniken behorende tot een katholieke religieuze orde). Heer Gillis overleed in datzelfde jaar en werd begraven in de kapel van oud Arnemuiden. Met hem sterft het geslacht van Arnemuiden in mannelijke lijn uit. Uit de stadsrekening van Middelburg van 1478 blijkt dat er in dat jaar nog kosten werden besteed aan het herstel van een dijkdoorbraak ‘ten Regulieren’, dus bij het kasteel te Mortiere. In het begin van de 16e eeuw is het kasteel, hetzij door afbraak of door watergeweld, uit het landschap verdwenen.

wapenDe ridders van Arnemuiden

In de 13e, 14e en 15e eeuw komen we herhaaldelijk telgen uit het geslacht van de ridders van Arnemuiden tegen. Van het zeer oude geslacht van de Heren van Arnemuiden heeft Arnemuiden zijn wapen met toevoeging van een burcht ontleend. Als eerste van dit geslacht komen we op 15 juni 1223 Remerus van Arnemuiden tegen. Of van hem de ridders van Arnemuiden afstammen is niet exact bekend. Verder komt omstreeks 1253 Jehan de Arnemude voor en in 1258 Gillis van Arnemuiden als leenman van een abdij, terwijl in 1316 nog een Jan van Arnemuiden voorkomt.

Op 26 maart 1323 verkoopt graaf Willem III van Holland en Zeeland al zijn bezittingen en land te Arnemuiden aan ridder Gillis Boudenszoon van Arnemuiden om er een stenen huis en vesting te maken ‘dat des graven open huis zoude zijn’. Ridder Gillis behoorde tot het oude geslacht van de Heren van Arnemuiden en was baljuw van Middelburg.

In 1351 is er de in de geschiedenis bekende slag bij Arnemuiden tussen de gravin van Holland en Zeeland, Margaretha, en haar zoon, de later graaf Willem V. Zo was de kasteelheer van het door hem in 1353 te Sint Laurens gebouwde slot Poppenburch (of Popkensburg), ridder Claes van Borselen, indertijd de machtigste edelman van Walcheren, getrouwd met Vrouwe Maria van Arnemuyden.

Op 30 september 1398 draagt ridder Albrecht van Arnemuiden zijn groot stenen huis aan de zuidzijde van de haven van het oude Arnemuiden op aan Hertog Albrecht en ontvangt het in leen terug met 250 gemeten ambacht, waarbij op 16 maart 1410 nog 250 gemeten gevoegd worden. Rond 1419 geeft ridder Albrecht van Arnemuiden, samen met Willem van Heenvliet en Lieven Waddinszoon, ten noordwesten van het uiterste Nieuwland bij Arnemuiden de opgewassen gorzen of gronden uit.

Vanaf 1380 komt ridder Gillis van Arnemuiden voor. Hij is gehuwd met Marguerite de la Chapelle. Uit dit huwelijk wordt ook een Gillis van Arnemuiden geboren. Uit hem worden twee zonen, Aubert en Gillis, geboren, die beiden zonder kinderen na te laten overlijden. De heerlijkheid Arnemuiden, ook genoemd Mortiere, gaat daarna over op hun zuster Maria van Arnemuiden. Deze Maria trouwt op 10 februari 1436 met Anseau de Hamal, heer van Trazegnies. Door dit huwelijk is de heerlijkheid van Arnemuiden in het geslacht van De Trazegnies overgegaan.

De oude adel van Zeeland

Alvorens verder te gaan met het geslacht van de markiezen van Trazegnies eerst iets over de oude adel van Zeeland. In de middeleeuwen was Zeeland een ‘tussengebied’ tussen Vlaanderen en Holland. We komen in de archieven en oude publicaties dan ook regelmatig de Graven van Vlaanderen aan de ene zijde en de Graven van Holland aan de andere zijde tegen. De lagere landadel in Zeeland staat met beide in verbinding via leen-eigendommen, gronden en huwe-lijken met Vlaamse en Hollandse adellijke geslachten die belangen in Zeeland hebben. Ook de onderlinge huwelijken wijzen hierop. De wortels van de Zeeuwse adel lopen dikwijls terug naar Vlaanderen. De bovenlaag van de adel qua bezittingen en belangen in Zeeland wordt gevormd door de geslachten van Borselen met vele vertakkingen, van Domburg, van Wissekercke, van Arnemuiden, van Kruiningen en van Reimerswael. De meesten zijn op Walcheren en Zuid- en Noord-Beveland gevestigd.

De edellieden zijn veelal welgestelde burgers, vermogend geworden door inkomsten uit de zouthandel, vlashandel, etc., met als belangrijke afzetgebieden de rijke steden Gent en Brugge.

Vanaf de 15e eeuw krijgt een familie van Henegouwse adel, De Hamal de Trazegnies,  Arne-muiden en de burcht aldaar in eigendom, door huwelijk met een dochter van de ridder van Arnemuiden. De leden van het geslacht De Trazegnies verkrijgen hierdoor o.a. het erfelijk recht zich ‘Heren van Arnemuiden’ te noemen. Via hun voormoeder, Maria van Arnemuiden gehuwd met Anseau, ridder de Hamal de Trazegnies, zijn de in de provincie Namen in België levende markiezen de Trazegnies nog altijd de Heren van Arnemuiden.

Na de Reformatie, de protestantse omwenteling in Zeeland en grote gebieden in Zeeuws Vlaanderen in de laatste helft van de 16e eeuw, bleven deze adellijke geslachten de rooms-katholieke godsdienst trouw en kozen de Spaanse zijde. Hun erfelijke bezittingen raakten ze hierdoor in deze gebieden kwijt. Hun bezittingen werden geconfisqueerd door de Zeeuwse staten. De adel vertrok naar Vlaanderen en Henegouwen waar zij zich terug trokken in hun kastelen in de zuidelijke, Spaansgezinde Nederlanden.

Het geslacht De Hamal de Trazegnies

Van belang voor het latere Arnemuiden is het huwelijk van Maria van Arnemuiden (zij is een kleindochter van ridder Gillis van Arnemuiden en Margriete van de Capelle de Visch en een dochter van ridder Albrecht Gilliszoon van Arnemuiden en Marie Chabot) met de Henegouwse edelman Anseau de Hamal de Trazegnies op 20 juli 1435. Hierdoor vererfde het geslacht van de heren van Arnemuiden in het geslacht De Hamal de Trazegnies uit de omgeving van La Louvière (Henegouwen).

Bij de verdeling van hun nalatenschap in februari 1468 vermaakten Maria van Arnemuiden en haar gemaal Anseau de Hamal van Trazegnies Arnemuiden aan hun zoon Arnould. Deze trouwde met Marguerite de Bourgogne. Met deze Marguerite, als voogdes van haar zoon Jan, ontstond het proces over de accijnsheffing op de zuidelijke dijk van de Arne. Bij dit proces, dat al speelde in 1509 en vele jaren duurde, werd de kaart overgelegd die later in het stadhuis van Middelburg werd bewaard.

Tot op de dag van heden noemen de nakomelingen, de markiezen De Trazegnies, zich nog altijd ‘Heer van Arnemuiden’, o.a. de huidige markies Olivier de Trazegnies, wonend op kasteel Corroy le Chateau te Corroy. Hij is chef van zijn familie en voert dus ook de naam Heer van Arnemuiden achter zijn stamnaam.

Zie voor het vervolgartikel over het geslacht De Hamal de Trazegnies, de huidige heren van Arnemuiden, ons kwartaalblad Arneklanken aflevering september 2012.

You have no rights to post comments

Ga naar boven