Historische Vereniging Arnemuiden

ZA Inventaris Gemeente Arnemuiden nr. 1019

Zeeuws ArchiefInventaris van de Archieven van de gemeente Arnemuiden

Register van verordeningen op de ambachtsgilden inventarisnr. 1019

Ordonnantie rakende het Arbeijders Gilde wegens de Panneringe der stadt Arnemuijden beraamt en beslooten bij de gemeene pannelieden met Approbatie van mijn Heeren Balliu Burgemrs Schepenen ende Raden der voornoemde stadt Arnemuiden

Art 1

Inde eersten hebben geordonneert en gestatueertordonneren en statueren bij desen dat niemantonder die neeringe sal mogen wercken tenzij hij eerstende alvooren bij Deken ende beleedersvande panneringe aengenomen ende daar toe geauthorijseertofte vrij gemaakt sal zijn ende dat dieselve Deken ende beleedersint aennemen van dien goede discretie gebruijcken sullen soowel op de bequaamheijt vande Arbeijders in het feijt van Arbeijden als oock op de goedename en fame der selve

2

Item dat den Arbeijder in soodanig aannemen ende vrijmaken, ende aleer hij sijne vrijdigheid te sullen mogen gebruijken gehouden sal zijn belofte te doen van Deken ende beleeders van de panneringe gehoorsaam te sijn Ende hem d’Ordonnantie op den Arbeijt gemaakt ende nog te maken te onderhouden ende in ’t werken daar naar te reguleren.

3

Itemalle Arbeijders die geadmitteert en aengenomen sullen werden sullen gehouden zijn te betalen voor haar bienvenu aen hare medearbeijders een en een halve tonne Bier sonder meer en bovendientwee schellingen vls voor den Armen

4

Item dat oock alle vrije Arbeijdersjaarlijckx in Handen van deken en beleedersvan de panneringe deseordonnantie ende die nog bij Authorisatievan Collegie gemaakt sal werden beloven sullen dese vast en onverbrekelijck te onderhouden ende ingevalleDeken ende Beleedersmet dengenen die sij daar over Roepen sullen bevinden ijemandtniet nutofte bequame te wesenom vrij soudt wercker te blijven sullen die alsdan mogen oorloft geven ende een ander in sijn plaatse stellensonder daar van eenige Reden te geven als sijluijden van gelijcken sullen mogen doen ter respecte van alle Arbeijders die eenigeMuijterie ofte beroerten onder d’andere Arbeijders gerochtofte oock die tot arbeijden ende onderhouden der Ordonnantie onwillich mogten gemaakt werden //

5

Item dat alle vrije Arbeijders voorschrevenvan nu voortaan sullen gehouden zijn alle dagedes morgens vroech hun met haar gereetschapte laten vinden bij het meters Huijsken ende daar hare dobbelinge te verwagten van het Werck daar inne sij sullen mogen vallen t’zij turff, groff ofte wit soudt ende vandaar niet scheijden voor alle het werck dat dan onder de keete sal wesen, gemaectsal sijn soo wel van Turff groff als van wit soudt op pene dat soo wie hemselve tijd bij het metershuijsken niet en sal hebben laten vinden dien geheelen dag geen dobbelinge sal hebben oft ware datter gebreck van volck ware

6

Item sullen daarenboven de voorseijde Arbeijders nog gehouden zijn tot allen tijden bij den bode uijt bevel vanden Deken en beleeders ofte ijemant vande neeringe ontboden sijnde onder de keeten te komen om aldaar te dobbelen naar alsulcken werck tzij van wit soudt groff zoutt ofte Turff als aldaar t’werck sal zijn: op pene dat soo wie daar inne gebrekich bevonden sal werden in agt dagen daar naar onder die neeringe niet en sal mogen wercken ende die in weijgeringe is naar Turff ofte groff soudt te dobbelen en sal geen Dobbelinge hebben in het witte soudt ten ware die bij de gemeene Arbeijders door oorsakevan ouderdom ofte andere wettige redenen geexcuseert en daar van bevrijd gehouden worden

7

Item dat alle Wit en Groff soudt als Turffgewrocht sullen worden soo de schepen op de sate sullen gekomen sijn sulx dat die eerst sal gekomen zijn sal eerst geholpen worden/ wel verstaande dat het Witte zoudt soo het versocht wordt voor het grove ende het grove zoudtvoor den turff op een getijde op de sate gekomen zijnde gewrocht sal worden dan sooverre eenig groff soudt ofte Turff drij getijden voor het Witte soudt op de zate hadde gewagt sal voor het Witte Zoudt gaan ende van gelijken oock den Turff

8

Item dat niemant wie hij sijen sal vermogen eenigh werck te wercken de keeten aengaende dat bij den deken off bode vande neringe verboden is niet te mogen werken op pene van vijf schellingen en daar en boven in ses weken onder de keeten oft neeringe niet te mogen werken

9

Item dat een panneman oft pannevrouw sal mogen uijt sijn keete met halve vaten doen meten dragen heffen ende breken tot een Quartier Wit soudt toe sonder meer ende dat met degene die het hem oft haar sal gelieven

10

Item dat alle Arbeijders gehouden sullen sijn de Neeringe wel en eerlijck te dienen ende een panneman des versogt zijnde te wille te zijn soo wel van een halff Quartier zoudt te wercken als meer mits betalende gelijck nu gewoon is te doen ( te weten ) voor een quartier een alff hondert voor een half hondert drij Quartier en voor drij Quartier een honderts onder meer daar naar teijnde mate ’t eijnde gelt

11

Item dat de vrije Arbeijders ofte zoudtwerckers in het witte zoudt sullen werpen tot de meters ( te weten ) drij tot dragers, twee tot heffen ende twee tot breken daer van sij gemeten sullenmet haar eijgen sacken8 schellingen van den koopman ende agt stuijvers van den panneman sonder meer wel verstaandevan de naaste dragten

12

Item dat alle Arbeijders werck inde groffe soudt tot behouff van de keeten voortaan sullen moeten besigen haar Eigen schoppen en sullen hebben van Arbeijtsloon van ijder hondert agt stuijver de man mits conditie dat het schip liggen sal binnen de drij roeden van sijn geregte dragte vande keete.

13

Item dat bij aldien eenig schip in Turff ofte soudt gelegen ware buijten de drij roeden vande geregte dragte soo sal de panneman ofte pannevrouw die besteden soo goeden koop als hij kan off mag ende soo verre de panneman ofte pannevrouw met de arbeijders niet accorderen en konde sal ’t loon van dien staan tot discretie van Deken beleeders ofte andere pannelieden die dat niet en raakt niettemin soo verre sijluijden voort dragen niet accorderensullen evenwel de Arbeijders dat dragen op alsulcken loon als men hunluijden sal toe tauxere ende soo verre ijmant in weijgeringe ware die sal in ses weken geen groff ofte Wit soudt mogen wercken

14

Item soo een panne man ofte pannevrouw begeerde’t groff zoudt gestort te hebbem op een denne sullen sullen de Arbeijders dat gehouden sijn te doen voor gelijcken prijs als sij ’t doen voor het storten in een zelhuijs wel verstaande so ’t selve Denne niet voorder en is dan het selhuijs.

15

Item dat ijder wit zoudtmeter zijnde in eenig ander werck onder de neeringe oft daar buijten sal gehouden wesen ten versoeke vanden panneman oft den bode sijn werck te verlaten Ende komen in ’t witte zoudt om den koopman te gerieven gelijck oock alle andere arbeijders anders dan onder de keeten werckende doen sullen op de verbeurte van ses weken niet te mogen onder de keeten haar werck te wercken ofte de boete van tien schellingen vls te betalen in handen van Deken en beleeders vande Arbeijdersal eer sij sullen mogen dobbelen daar van de misdoener de keure hebben sal .

16

Item dat geen witsoudtmeters die bij die vande panneeringe aengenomen sullen sijn uijtter stede sullen mogen reijsen dan bij consente wille en weten van Deken ende beleeders vande neeringe oppene van twee schellingen sdaechs die sij alsoo uijt wesen sullen

17

Item sullen de voorschreven witte zoudtmeters gehouden zijn den koopman als oock den panneman ’t sijne te geven en te meten met haar eijgen schoppen naar oder Costume te meten dat sij de mate op haar blocken regt sullen stellen ende elck drij volle schoppen in het vat doen Ende daar naar licht volmeten ende aff strijcken sonder eenig drinkgelt ofte bier vanden koopman ofte panneman te mogen eijschen op pene van haar verdiende loon ende sullen hebben van ijder honders agtentwijntich stuijvers daar in begrepen agt stuijvers van een breker

18

Item sullen gehouden zijn de vaten mitsgaders de Britsen, blocken ende ladders van elck werck dat voldaen sal zijn in ’t huijsken te bringen opde boete van twee schellingen t’elckens te verbeuren bij de gene die daarmede gemeten ofte gewrocht sullen hebben.

19

Item dat alle Gilde Broeders van de gemeene Arbeijders onder de keeten werckende alle morgen ende alle getijden vanden Dage gehouden sullen sijn haar werck te voldoen daar sij mogen inne gevallen sijn ‘tsij kleijn ofte groot hetsij oock de kiel oft tgeen blijvende inden kiel sonder daar uijt te scheijden voor aleer die man gewaarschout is die ’t soude mogen – de naaste oogen aengaande tot den derden man toe ende wanneerdie gewaarschout is die de naaste oogen heeft sal gehouden zijn ’t werck soo wel te voldoen als den Eijgenaar ofte d’eerste die in ’t werck gevallen is ende soo den eersten man ofte den tweeden man ofte den derden man niet te vinden is salmen ongehouden wesen ijemandt meer te soecken dan alleenlijck die in de wercken gevallen zijn ten ware datmen ijemandt verwilligen konden sullen nogtansde gemeene Arbeijders gehouden sijn met hetselve werck voort te gaan met de gene die daar inne gevallen zijn met de Dobbelinge ende hetselve werck te voldoen sonder daar uijt te schejden ende soo den eersten man hem selven niet en reguleert omde hoogste oogen naar hem te waarschouwen tot den derden man toe als boven geroert is sal verbeuren de boete van eenen schelling Ende nog bovendien sijn arbeijd die hij gedaan heeft ende voorts den tweeden man gewaarschout zijnde en oock den derden gewaarschouwt ende in weijgeringe bevonden sijnde sal ofte sullen verbeuren gelijcke boete als boven van een schelling vls ende voorts sal den Deken vermogen dien die inde voornoemde boete gevallen sullen zijn ’t sij dan den eersten tweeden ofte derden man haar steenen te schutten ende Dobbelinge te verbieden tot ter tijdt dat sij metten Deken ende beleeders overkomen sullen zijn

20

Item dat de meters gevallen sijnde in eenig wercksullen gehouden zijn uijt dat voorss werck te scheijden versogt zijndebij den panneman ofte coopman om te komen meten ende dat soo verre de meters uijt den wercke gehaalt worden om den koopman met meten te gerieven en sullen niemandt vermogen te waarschouwen opdat alle beijde de wercken niet verachtert en worden, maar soo daar ijemant bij de wercke is die het ten Oogen aengaet sal in ’t werck mogen treden en soo niet sullen die in ’t werck zijn met het werck voortgaen mits conditie indien de meters min als een half hondert zoudt gewrocht hebben sal sal komen tot gemeenen profijtevan die in ’t werck sijn/ Nogtans sullen de meters hem in geen weijgeringe maken om een quartier ofte alff hondert te meten al waar het werck daar sij mosten uijtscheijden een werck van drij hondertEnde dat op de boete van twee schellingen vls

21

Item dat ofte de meters malkanderen ’t werck tusschen het dobbelen vande steene ende soo lange haar werck niet gevrijten is onderliepenende dat sij malcanderen nog dobbelinge moesten doen ende oversulx eene ofte meer vande meters nijt den wercke van meten viele datde meters sullen mogen dobbelen in ander werck van groffsoudt ofte turff soo lange als soo verde niet gevrijt en is dat elck man opgedragen heeft drij sacken met groff soudt die in het voorss werck sijn Ende soo wie in weijgeringe bevonden wert vande meters daar van dobbelinge te doene sal verbeuren eenen schelling en sijn gelt dat hij in het voorss werck soude mogen winnen

22

Item dat alle gilde Broeders vande gemeene Arbeijders gehouden sullen sijn alle getijden vande Dage met hare Sacken buyten onder de keeten voor ’t metershuijsken ofte op den bane te komen daar de dobbelinge soude mogen geschieden en soo wie geen sacken en heeft die sal hem van goede bequaeme sacken voorsien daarmede hij den koopman voldoen mag ende soo wien een sack doet maken daar men den koopman ofte panneman niet mede en kan gedienen ofte voldoen sal den koopman ofte panneman vermogen den sack weg te doen nemen

23

Item dat niemandt wie hij zij uitdragen en sal vermogen van het Denne te gaan met een Vat witsoudt sonder eerst en alvooren te roepen hoeveel dat den Tel ofte Kerff is ende dat op de boete van drij stuijvers telcken soo dickmaals als hij bevonden oft beslegen wordt dat bij de meters ende alle andere Arbeijders wagtende van haar verdiende loon sal ingehouden worden en dat ten profijte van ’t gemeene Arbeijders Gilde .

24

Item dat de Meters mede gehouden sullen wesen malcanderen alle voordeel aff te zien in ’t dobbelen gelijck alle Arbeijders malcanderen doen ende sullen geen gemeijnschap hebben met eenig maatschappen dan sullen gehouden sijn te dobbelen met de gene die bij der handt sijn opdat den koopman niet veragtert en wert ende dat opde boete die contrarie bevonden wert gedaan te hebben van twee schellingen vls die geexeuteert sullen worden bij die vande neeringe.

25

Item dat oock de voorss meters sullen gehouden wesen eerst naar het meten te dobbelen ende daar naar sal een ijgelijck mogenwerpen naar het werck van de Gildebroeders van’t gilde ende als ‘twerck van ’t witte soudt gevrijt is en salder niemant eenige dobbelinge meer naar hebben dan die ten Oogen aengaat ende dat op de boet van een schelling vls

26

Item dat niemant wie hij oock zij ’t meters ofte Arbeijders en sal vermogen te werpen ofte dobbelen naar eenig werck dat niet reed en is ten zij dat zij van den koopman ofte panneman al eerst gewaarschout zijn – oft het werck reed is ofte niet en soo wie naar sulcken werck dobbelt ofte werpt dat niet reed en is sal verbeuren voorijder hooft een schelling soo dickmaal hij daarop bevonden worde.

27

Item dat niemandt van nu voortaan op eenige Dennen ofte in eenige keeten en sal vermogen den Naame des Heeren ijdelijck ende Lichveerdiglijck in den mondt nemen ende te misbruijcken vloecken ende te sweren te injurieren ofte qualijck ofte onbehoorlijck te spreken het sij dan tegens den panneman ofte koopman ofte oock tegens malcanderen ende dat op de boete als Deken ende beleeders sullen bevinden te behooren

28

Item dat alle Arbeijders soo wanneer sijlieden ’t sij te water oft te lande wat te doen hebben ende sulx onder de keeten niet en souden mogen komen wercken gehouden sullen sijn aen ijemanden van hen medegesellen allen morgen hun Excuse te doene van ’tgene sij luijden te doene sullen hebben omdat sijluijden aen land komende ofte andersins hun noodelijcke affairen gedaan hebbende gehouden sullen sijn des versogt wordende onder de keeten sonder eenige Excuse ofte uijtvlucht te nemen te komen wercken op pene van twaalff grooten bij een ijder telcken reijse te verbeuren die t’elcken in weijgeringe bevonden sal worden

29

Item dat alle Arbeijders in manieren voorss smorgens hun Excusegedaan sullen hebben t’allen getijde dat nieuw aenkomt soo vrij onder de keeten sullen mogen komen wercken als off sijlieden s’morgens gedobbelt hadden

30

Item en sullen Deken ende beleeders vande Arbeijders niet vermogen naar eenig werck te laten Dobbelen die welcke off in die breucken vervallen sijn voor een tijd lang onder die neeringeniet te mogen wercken ofte bij deken ende beleeders van de panneeringe al heel affgeset en uijt het Gilde gedaan sal sijnop pene dat sij selver in de selve pene vervallen sijn die de selvige verbeurt sullen hebben die sij sullen hebben laten dobbelen ’t zij voor een tijd lanck die neringe verboden ofte al heel uijt de neeringe affgeset ofte andersins

31

Wert oock wel Expresselijck verboden dat geen Arbeijders en sullen vermogen int arbeijden vanden turff off mul ’t zij inde keeten ofte in turffschip eenigen taback te drincken ende da t opde verbeurte van veertien dagenonder de keeten niet te mogen wercken

32

Aangaande het Loon vanden Turff is geresolveert datmen sal geven van alle Vrieseponten met turf ’t zij kleijn ofte grootelck man eene gulden ende vande pleijten met Rosendaalsche ofte Bredascheoock ijder man eene gulden endat tot de groote van sevenhonderd tonnen ende voorts van ijder hondert tonnen daar boven ijder man drij stuijvers meer wel verstaande als ’t over de vijftig tonnen is sal voor een hondert tonnen betalen ende beneden de vijftig tonnen moet niet gerekend worden ditsoo wel van swart als van weet (wit )

33

Aangaande het Loon van ’t Zoudt is geresolveert van ’t witzoudt ende Frans zoudt ijder man agt stuijvers van‘thondert van Cadixzoudt nege stuijvers van ‘thondertvan St. Hubus zoudt tien stuijvers van ‘thondert van Allemattes ende Westindisch zoudt twaalff stuvers van het hondert wel verstaande als de partie maar een hondert groot is moeten hebben van Frans ende Witsoudt ijder man nege stuijvers ende vijff quartier naar advenant d ‘welck is voor Biergelt ende voor ses quartier een halff kinneken bier en dat tot drij hondert toe ende van drij honderden daar boven een heel kinneken bier

34

Wegen het biergelt op het witte soudt gaande na Vlaanderen off Brabandt is geordonneert tot een honderd Witsoudt een halff kinneken bier en soo voorts van ijder honderd hooger een halff kinneken bier meer welverstaande dat een halff honderd, sal soo betalen als een honderd en ses quartier soo veel als tweehondert.

35

Alle welcke voorss boeten geexecuteert sullen worden bij den Deken ende Beleeders van het Arbeijders Gilde ende dat met schutten vande steenen/ vande gene die die verbeuren tot er tijd zij de voorss boeten betaalt sullen hebben ende dat tot profijte van ’t gemeene Gilde daar van Deken en Beleeders rekeninge houden ende doen sullen t’allen tijden des versogt wordende .

36

Ende opdat dese Ordonnantie te beter onderhouden werde sullen Deken ende beleeders vande Neeringe gehouden zijn alle Jare uijt de vrije Arbeijders een deken en twee beleeders te kiesen dewelcke beloven sullen de bovengeroerde Ordonnantie onder de Arbeijders te onderhouden ende te doen onderhouden soo veel in hun wesen sal ende die steenen te schutten als ‘tbehooren sal Ende soo wie daar toe bij Deken ende beleeders van de neeringe verkooren sal worden sal gehouden sijn die last voor dat jaar aen te nemen gelijck oock de Arbeijders deselve gehouden sullen wesen gehoorsaam te zijn op pene van alsulcke breuken als Deken ende beleeders van de neeringe na gelegentheijt sullen vinden te behooren.

Ampliatie

Item dat niemand den Name Gods en sal misbruijcken ofte vloecken oft zweeren op pene van Cassatie tot discretie van Deken ende beleeders,

Item alsoo de Dronckenschap is de moeder van alle Boosheijt soo en sal niemant toegelaten werden die droncken is na eenig werck te werpen en droncken in het werck sijnde sal men dadelijck vermogen een ander in sijn plaatse te stellen ende en sal geen Loon van sijn gewrocht werck ontfangen.

Bailliu Burgemrs Schepenen ende Raden gesien hebbende sekere Ordonnantie bij de gemeene pannelieden deser stede op het papier gestelt ende overgegeven concernerende ende rakende de gemeene Arbeijders vande selve panneringe versoeckende daar op onse approbatie hebbende na voorgaande deliberatie en overweginge vande voorschreven Ordonnantie de selveaengenomengeapprobeert ende geratificeert nemen aen approberen ende ratificeren de selve mits desen: Dog aen Ons behoudende de interpretatie vermeerderinge ende verminderinge ende geheel te niete doende van dien Actum den vijfden Januarij 1661 ende weder geresumeert ende geapprobeert den vijftiende meij 1694 onder stondt als secretaris

R. Vander Burcht

Geregistreert dooe Ordre van Weth en Raad van dato den 9e Zeptemb 1722

Mij t’oirconde

M. Verhage

 

 

Ga naar boven